TABEL 11 - RECHTSGEBIED ANTWERPEN

Uitstroom van zaken in de loop van 2017 per parket: motieven voor de zonder strafvervolging afgehandelde zaken (N en %)

<< vorig (tabel 10) |
tabel 11 voor 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023
Antwerpen Bergen Brussel Gent Luik - België
| volgend (tabel 12) >>
  ANTWERPEN LIMBURG RECHTSGEBIED BELGIE
n % n % n % n %
Afhandeling zonder strafvervolging om technische redenen 24.817 69,96 13.471 64,22 38.288 67,83 220.252 63,22
    Onvoldoende elementen voor strafvervolging 23.298 65,68 12.705 60,57 36.003 63,78 208.953 59,97
        Geen misdrijf 4.920 13,87 2.972 14,17 7.892 13,98 49.111 14,10
        Onvoldoende bewijzen 13.446 37,90 4.187 19,96 17.633 31,24 71.386 20,49
        Dader(s) onbekend 4.932 13,90 5.546 26,44 10.478 18,56 88.456 25,39
    Verval van strafvordering 243 0,69 87 0,41 330 0,58 1.547 0,44
        Verjaring 97 0,27 1 0,00 98 0,17 244 0,07
        Overlijden van de verdachte 146 0,41 86 0,41 232 0,41 1.303 0,37
        Verlies van rechtspersoonlijkheid 0 0,00 0 0,00 0 0,00 0 0,00
    Niet-toelaatbaarheid van strafvordering 1.079 3,04 632 3,01 1.711 3,03 8.501 2,44
        Onbevoegdheid nationale vervolgingsorganen-rechtsmachten 409 1,15 222 1,06 631 1,12 3.222 0,92
        Kracht van gewijsde 580 1,64 281 1,34 861 1,53 4.173 1,20
        Immuniteit 0 0,00 0 0,00 0 0,00 37 0,01
        Strafuitsluitende verschoningsgrond 68 0,19 117 0,56 185 0,33 845 0,24
        Voor klachtmisdrijf: afwezigheid klacht of klachtafstand 6 0,02 1 0,00 7 0,01 141 0,04
        Ne bis in idem 16 0,05 11 0,05 27 0,05 83 0,02
    Onbekend/error 197 0,56 47 0,22 244 0,43 1.251 0,36
Afhandeling zonder strafvervolging om opportuniteitsredenen 10.657 30,04 7.504 35,78 18.161 32,17 128.156 36,78
    Motieven eigen aan de aard van de feiten 2.905 8,19 2.848 13,58 5.753 10,19 39.530 11,35
        Beperkte maatschappelijke weerslag 155 0,44 478 2,28 633 1,12 4.538 1,30
        Nadeel gering 932 2,63 569 2,71 1.501 2,66 4.447 1,28
        Wanverhouding tussen de gevolgen van de strafvervolging en de maatschappelijke verstoring 844 2,38 416 1,98 1.260 2,23 16.464 4,73
        Toevallige feiten met oorzaak in specifieke omstandigheden 747 2,11 1.206 5,75 1.953 3,46 8.509 2,44
        Aandeel van partijen niet duidelijk te bepalen 0 0,00 0 0,00 0 0,00 0 0,00
        Redelijke termijn vervolging overschreden 227 0,64 179 0,85 406 0,72 5.572 1,60
        Mogelijke opslorping 0 0,00 0 0,00 0 0,00 0 0,00
    Motieven eigen aan de verdachte, het slachtoffer of hun onderlinge verhouding 3.904 11,01 2.272 10,83 6.176 10,94 39.866 11,44
        Afwezigheid van voorgaanden 798 2,25 442 2,11 1.240 2,20 6.621 1,90
        Jeugdige leeftijd van de verdachte 7 0,02 12 0,06 19 0,03 129 0,04
        Schade geregeld of onwettige toestand geregulariseerd door de verdachte 2.929 8,26 1.505 7,18 4.434 7,85 24.066 6,91
        Houding van de klager 67 0,19 151 0,72 218 0,39 2.637 0,76
        Dader en slachtoffer staan in een specifieke relatie tot elkaar 103 0,29 162 0,77 265 0,47 6.413 1,84
    Beleid 3.848 10,85 2.384 11,37 6.232 11,04 48.760 14,00
        Te weinig recherchecapaciteit 412 1,16 152 0,72 564 1,00 7.476 2,15
        Andere prioriteiten bij opsporings- en vervolgingsbeleid 1.318 3,72 1.073 5,12 2.391 4,24 31.876 9,15
        Voorrang aan de burgerlijke afhandeling 2.118 5,97 1.159 5,53 3.277 5,81 9.408 2,70
TOTAAL 35.474 100,00 20.975 100,00 56.449 100,00 348.408 100,00

Bron: gegevensbank van het College van Procureurs-generaal - statistisch analisten

Methodologische kanttekeningen

Algemeen

Zaken die tussen 1 januari 2017 en 31 december 2017 werden gesloten, behoren tot de uitstroom van het jaar 2017.
Deze tabel biedt een overzicht van één van de uitstroommodaliteiten waarop zaken in de loop van 2017 zijn uitgestroomd, de afhandeling zonder strafvervolging (cfr. tabel 9).

Motief van afhandeling zonder strafvervolging

De afhandeling zonder strafvervolging is een beslissing van het Openbaar Ministerie waarbij het onderzoek naar de feiten als afgehandeld wordt beschouwd en geen strafrechtelijke vervolging wordt ingesteld. De beslissing tot afhandeling zonder strafvervolging is in wezen een voorlopige beslissing die door het Openbaar Ministerie kan herzien worden wanneer zich nieuwe bewijs- of onderzoekselementen aandienen.
Als onderdeel van de Franchimont-hervorming legt de wet aan de procureur des Konings de verplichting op om zijn beslissing te motiveren (art. 28 quater al. 1 van het Wetboek van strafvordering, ingevoegd door de wet van 12 maart 1998). De parketten beschikken over een gedetailleerde lijst van motieven voor de afhandeling zonder strafvervolging, zoals vermeld in de omzendbrief COL 16/2014 van het College van Procureurs-generaal betreffende de toepassing van de wet van 12 maart 1998.

Afhandeling zonder strafvervolging om technische redenen
Deze rubriek toont het aantal en de totale proportie van de motieven tot afhandeling zonder strafvervolging om technische redenen.
Afhandeling zonder strafvervolging om opportuniteitsredenen
Deze rubriek toont het aantal en de totale proportie van de motieven tot afhandeling zonder strafvervolging om opportuniteitsredenen.

Jaarstatistiek van de correctionele parketten
Opsporing en vervolging van strafzaken door de parketten bij de rechtbanken van eerste aanleg
https://stat.om-mp.be/intro_n.html