TABEL 11 - RECHTSGEBIED ANTWERPEN

Uitstroom van zaken in de loop van 2016 per parket: motieven voor de zonder strafvervolging afgehandelde zaken (N en %)

<< vorig (tabel 10) |
tabel 11 voor 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023
Antwerpen Bergen Brussel Gent Luik - België
| volgend (tabel 12) >>
  ANTWERPEN LIMBURG RECHTSGEBIED BELGIE
n % n % n % n %
Afhandeling zonder strafvervolging om technische redenen 26.237 68,57 14.347 67,19 40.584 68,07 234.715 63,11
    Onvoldoende elementen voor strafvervolging 23.935 62,55 13.194 61,79 37.129 62,28 220.780 59,37
        Geen misdrijf 4.925 12,87 2.904 13,60 7.829 13,13 51.718 13,91
        Onvoldoende bewijzen 13.395 35,01 5.226 24,47 18.621 31,23 72.231 19,42
        Dader(s) onbekend 5.615 14,67 5.064 23,71 10.679 17,91 96.831 26,04
    Verval van strafvordering 149 0,39 86 0,40 235 0,39 1.480 0,40
        Verjaring 29 0,08 3 0,01 32 0,05 93 0,03
        Overlijden van de verdachte 120 0,31 83 0,39 203 0,34 1.387 0,37
        Verlies van rechtspersoonlijkheid 0 0,00 0 0,00 0 0,00 0 0,00
    Niet-toelaatbaarheid van strafvordering 1.217 3,18 919 4,30 2.136 3,58 8.735 2,35
        Onbevoegdheid nationale vervolgingsorganen-rechtsmachten 538 1,41 340 1,59 878 1,47 3.732 1,00
        Kracht van gewijsde 557 1,46 438 2,05 995 1,67 3.822 1,03
        Immuniteit 1 0,00 0 0,00 1 0,00 25 0,01
        Strafuitsluitende verschoningsgrond 51 0,13 124 0,58 175 0,29 735 0,20
        Voor klachtmisdrijf: afwezigheid klacht of klachtafstand 58 0,15 9 0,04 67 0,11 359 0,10
        Ne bis in idem 12 0,03 8 0,04 20 0,03 62 0,02
    Onbekend/error 936 2,45 148 0,69 1.084 1,82 3.720 1,00
Afhandeling zonder strafvervolging om opportuniteitsredenen 12.028 31,43 7.007 32,81 19.035 31,93 137.184 36,89
    Motieven eigen aan de aard van de feiten 3.343 8,74 2.626 12,30 5.969 10,01 42.675 11,47
        Beperkte maatschappelijke weerslag 237 0,62 203 0,95 440 0,74 5.223 1,40
        Nadeel gering 911 2,38 320 1,50 1.231 2,06 4.390 1,18
        Wanverhouding tussen de gevolgen van de strafvervolging en de maatschappelijke verstoring 1.043 2,73 489 2,29 1.532 2,57 18.683 5,02
        Toevallige feiten met oorzaak in specifieke omstandigheden 883 2,31 1.490 6,98 2.373 3,98 8.399 2,26
        Aandeel van partijen niet duidelijk te bepalen 0 0,00 0 0,00 0 0,00 0 0,00
        Redelijke termijn vervolging overschreden 269 0,70 124 0,58 393 0,66 5.980 1,61
        Mogelijke opslorping 0 0,00 0 0,00 0 0,00 0 0,00
    Motieven eigen aan de verdachte, het slachtoffer of hun onderlinge verhouding 4.578 11,96 1.995 9,34 6.573 11,03 43.664 11,74
        Afwezigheid van voorgaanden 773 2,02 204 0,96 977 1,64 6.522 1,75
        Jeugdige leeftijd van de verdachte 19 0,05 13 0,06 32 0,05 116 0,03
        Schade geregeld of onwettige toestand geregulariseerd door de verdachte 3.609 9,43 1.422 6,66 5.031 8,44 26.844 7,22
        Houding van de klager 110 0,29 205 0,96 315 0,53 2.781 0,75
        Dader en slachtoffer staan in een specifieke relatie tot elkaar 67 0,18 151 0,71 218 0,37 7.401 1,99
    Beleid 4.107 10,73 2.386 11,17 6.493 10,89 50.845 13,67
        Te weinig recherchecapaciteit 622 1,63 89 0,42 711 1,19 7.385 1,99
        Andere prioriteiten bij opsporings- en vervolgingsbeleid 2.000 5,23 1.341 6,28 3.341 5,60 36.401 9,79
        Voorrang aan de burgerlijke afhandeling 1.485 3,88 956 4,48 2.441 4,09 7.059 1,90
TOTAAL 38.265 100,00 21.354 100,00 59.619 100,00 371.899 100,00

Bron: gegevensbank van het College van Procureurs-generaal - statistisch analisten

Methodologische kanttekeningen

Algemeen

Zaken die tussen 1 januari 2016 en 31 december 2016 werden gesloten, behoren tot de uitstroom van het jaar 2016.
Deze tabel biedt een overzicht van één van de uitstroommodaliteiten waarop zaken in de loop van 2016 zijn uitgestroomd, de afhandeling zonder strafvervolging (cfr. tabel 9).

Motief van afhandeling zonder strafvervolging

De afhandeling zonder strafvervolging is een beslissing van het Openbaar Ministerie waarbij het onderzoek naar de feiten als afgehandeld wordt beschouwd en geen strafrechtelijke vervolging wordt ingesteld. De beslissing tot afhandeling zonder strafvervolging is in wezen een voorlopige beslissing die door het Openbaar Ministerie kan herzien worden wanneer zich nieuwe bewijs- of onderzoekselementen aandienen.
Als onderdeel van de Franchimont-hervorming legt de wet aan de procureur des Konings de verplichting op om zijn beslissing te motiveren (art. 28 quater al. 1 van het Wetboek van strafvordering, ingevoegd door de wet van 12 maart 1998). De parketten beschikken over een gedetailleerde lijst van motieven voor de afhandeling zonder strafvervolging, zoals vermeld in de omzendbrief COL 16/2014 van het College van Procureurs-generaal betreffende de toepassing van de wet van 12 maart 1998.

Afhandeling zonder strafvervolging om technische redenen
Deze rubriek toont het aantal en de totale proportie van de motieven tot afhandeling zonder strafvervolging om technische redenen.
Afhandeling zonder strafvervolging om opportuniteitsredenen
Deze rubriek toont het aantal en de totale proportie van de motieven tot afhandeling zonder strafvervolging om opportuniteitsredenen.

Jaarstatistiek van de correctionele parketten
Opsporing en vervolging van strafzaken door de parketten bij de rechtbanken van eerste aanleg
https://stat.om-mp.be/intro_n.html