TABEL 11 - RECHTSGEBIED BERGEN

Uitstroom van zaken in de loop van 2019 per parket: motieven voor de zonder strafvervolging afgehandelde zaken (N en %)

<< vorig (tabel 10) |
tabel 11 voor 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023
Antwerpen Bergen Brussel Gent Luik - België
| volgend (tabel 12) >>
  BERGEN CHARLEROI RECHTSGEBIED BELGIE
n % n % n % n %
Afhandeling zonder strafvervolging om technische redenen 20.622 59,70 20.306 65,49 40.928 62,44 227.113 63,57
    Onvoldoende elementen voor strafvervolging 19.783 57,27 19.533 63,00 39.316 59,98 215.132 60,21
        Geen misdrijf 4.111 11,90 3.976 12,82 8.087 12,34 53.126 14,87
        Onvoldoende bewijzen 6.203 17,96 7.122 22,97 13.325 20,33 75.508 21,13
        Dader(s) onbekend 9.469 27,41 8.435 27,20 17.904 27,31 86.498 24,21
    Verval van strafvordering 241 0,70 169 0,55 410 0,63 2.417 0,68
        Verjaring 103 0,30 29 0,09 132 0,20 892 0,25
        Overlijden van de verdachte 138 0,40 140 0,45 278 0,42 1.525 0,43
        Verlies van rechtspersoonlijkheid 0 0,00 0 0,00 0 0,00 0 0,00
    Niet-toelaatbaarheid van strafvordering 585 1,69 602 1,94 1.187 1,81 8.151 2,28
        Onbevoegdheid nationale vervolgingsorganen-rechtsmachten 47 0,14 93 0,30 140 0,21 2.413 0,68
        Kracht van gewijsde 395 1,14 435 1,40 830 1,27 4.719 1,32
        Immuniteit 18 0,05 0 0,00 18 0,03 39 0,01
        Strafuitsluitende verschoningsgrond 49 0,14 70 0,23 119 0,18 739 0,21
        Voor klachtmisdrijf: afwezigheid klacht of klachtafstand 59 0,17 1 0,00 60 0,09 87 0,02
        Ne bis in idem 17 0,05 3 0,01 20 0,03 154 0,04
    Onbekend/error 13 0,04 2 0,01 15 0,02 1.413 0,40
Afhandeling zonder strafvervolging om opportuniteitsredenen 13.922 40,30 10.700 34,51 24.622 37,56 130.170 36,43
    Motieven eigen aan de aard van de feiten 4.859 14,07 3.070 9,90 7.929 12,10 40.656 11,38
        Beperkte maatschappelijke weerslag 1.278 3,70 98 0,32 1.376 2,10 4.100 1,15
        Nadeel gering 313 0,91 111 0,36 424 0,65 5.107 1,43
        Wanverhouding tussen de gevolgen van de strafvervolging en de maatschappelijke verstoring 1.429 4,14 1.441 4,65 2.870 4,38 18.301 5,12
        Toevallige feiten met oorzaak in specifieke omstandigheden 1.101 3,19 961 3,10 2.062 3,15 8.788 2,46
        Aandeel van partijen niet duidelijk te bepalen 0 0,00 0 0,00 0 0,00 0 0,00
        Redelijke termijn vervolging overschreden 737 2,13 456 1,47 1.193 1,82 4.350 1,22
        Mogelijke opslorping 1 0,00 3 0,01 4 0,01 10 0,00
    Motieven eigen aan de verdachte, het slachtoffer of hun onderlinge verhouding 4.845 14,03 2.803 9,04 7.648 11,67 37.562 10,51
        Afwezigheid van voorgaanden 447 1,29 479 1,54 926 1,41 7.060 1,98
        Jeugdige leeftijd van de verdachte 12 0,03 3 0,01 15 0,02 91 0,03
        Schade geregeld of onwettige toestand geregulariseerd door de verdachte 2.500 7,24 1.417 4,57 3.917 5,98 22.437 6,28
        Houding van de klager 199 0,58 77 0,25 276 0,42 2.058 0,58
        Dader en slachtoffer staan in een specifieke relatie tot elkaar 1.687 4,88 827 2,67 2.514 3,84 5.916 1,66
    Beleid 4.218 12,21 4.827 15,57 9.045 13,80 51.952 14,54
        Te weinig recherchecapaciteit 1.412 4,09 277 0,89 1.689 2,58 11.957 3,35
        Andere prioriteiten bij opsporings- en vervolgingsbeleid 2.022 5,85 4.410 14,22 6.432 9,81 29.086 8,14
        Voorrang aan de burgerlijke afhandeling 784 2,27 140 0,45 924 1,41 10.909 3,05
TOTAAL 34.544 100,00 31.006 100,00 65.550 100,00 357.283 100,00

Bron: gegevensbank van het College van Procureurs-generaal - statistisch analisten

Methodologische kanttekeningen

Algemeen

Zaken die tussen 1 januari 2019 en 31 december 2019 werden gesloten, behoren tot de uitstroom van het jaar 2019.
Deze tabel biedt een overzicht van één van de uitstroommodaliteiten waarop zaken in de loop van 2019 zijn uitgestroomd, de afhandeling zonder strafvervolging (cfr. tabel 9).

Motief van afhandeling zonder strafvervolging

De afhandeling zonder strafvervolging is een beslissing van het Openbaar Ministerie waarbij het onderzoek naar de feiten als afgehandeld wordt beschouwd en geen strafrechtelijke vervolging wordt ingesteld. De beslissing tot afhandeling zonder strafvervolging is in wezen een voorlopige beslissing die door het Openbaar Ministerie kan herzien worden wanneer zich nieuwe bewijs- of onderzoekselementen aandienen.
Als onderdeel van de Franchimont-hervorming legt de wet aan de procureur des Konings de verplichting op om zijn beslissing te motiveren (art. 28 quater al. 1 van het Wetboek van strafvordering, ingevoegd door de wet van 12 maart 1998). De parketten beschikken over een gedetailleerde lijst van motieven voor de afhandeling zonder strafvervolging, zoals vermeld in de omzendbrief COL 16/2014 van het College van Procureurs-generaal betreffende de toepassing van de wet van 12 maart 1998.

Afhandeling zonder strafvervolging om technische redenen
Deze rubriek toont het aantal en de totale proportie van de motieven tot afhandeling zonder strafvervolging om technische redenen.
Afhandeling zonder strafvervolging om opportuniteitsredenen
Deze rubriek toont het aantal en de totale proportie van de motieven tot afhandeling zonder strafvervolging om opportuniteitsredenen.

Jaarstatistiek van de correctionele parketten
Opsporing en vervolging van strafzaken door de parketten bij de rechtbanken van eerste aanleg
https://stat.om-mp.be/intro_n.html